SVB verbetert datakwaliteit en start met implementatie data-initiatief
De SVB vindt het belangrijk dat alle mensen krijgen waar ze recht op hebben. Daarom werken we continu aan het verbeteren van onze dienstverlening voor onze burgers. Een datagedreven uitvoering en het verbeteren van datakwaliteit spelen daarbij een belangrijke rol. De SVB spoort daarom proactief met nieuwe technieken eventuele onregelmatigheden op in data die voorheen niet zichtbaar waren. Een dergelijke aanpak wordt ook in de pensioenbranche toegepast.
Door nieuwe technologische mogelijkheden heeft de SVB nu bestanden met elkaar kunnen vergelijken en gegevens uit oude bestanden kunnen ontsluiten. Daaruit blijkt dat over een periode van 40 jaar veruit de meeste uitkeringen aan jaarlijks circa 3.5 miljoen AOW-gerechtigden met het juiste bedrag zijn uitgekeerd. Van deze grote populatie is bij circa 9.000 personen mogelijk een onregelmatigheid geconstateerd. Daarbij kan bijvoorbeeld sprake zijn van een te hoog of te laag vastgestelde AOW.
Deze verschillen zijn ontstaan door handmatige verwerkingen die in oude (papieren) processen hebben plaatsgevonden. Dankzij nieuwe technieken worden dergelijke verschillen in de AOW-administratie nu direct gesignaleerd en opgelost om te voorkomen dat er in de toekomst nieuwe onregelmatigheden ontstaan. De SVB onderzoekt deze onregelmatigheden en corrigeert indien nodig de hoogte van de AOW. Een eerste steekproef levert het beeld op dat het in bijna de helft van de gevallen gaat om een afwijking van 2% of lager.
Menselijke maat leidend
De SVB heeft de afgelopen periode uitgangspunten geformuleerd voor de herziening van de AOW in deze situatie. Dat heeft zij gedaan in samenspraak met het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de Klantenadviesraad van de SVB.
Dat betekent dat we eventueel te veel betaalde AOW enkel en alleen terugvorderen bij een aantoonbaar evidente fout. Alleen bij een aantoonbaar evidente fout kon de burger weten dat wat hij ontving niet juist kon zijn. Indien er wordt teruggevorderd, dan betreft dit maximaal 5 jaar. Had de burger niet kunnen weten dat hij te veel ontving, dan wordt de te hoog vastgestelde AOW alleen naar de toekomst verlaagd. Indien nodig, zorgen we voor een ruime afbouwregeling zodat burgers niet geconfronteerd worden met plotseling inkomensverlies. We houden hierbij rekening met de persoonlijke omstandigheden van de individuele burger.
Daarnaast wordt bij een eventueel te laag vastgestelde AOW een nabetaling gedaan over 5 jaar met een vergoeding van wettelijke rente. Ook wordt er een nieuwe mogelijkheid gecreëerd om in uitzonderlijke gevallen verder terug te gaan in de tijd. Uiteraard wordt de te weinig betaalde AOW naar de toekomst toe zo snel mogelijk herzien.
Geen nadelige keteneffecten
Om nadelige keteneffecten voor de burger te voorkomen wordt de nabetaling door de SVB als eindheffing opgegeven bij de Belastingdienst. Eindheffingsloon telt niet mee als brutoloon. Hierdoor heeft de nabetaling voor een in Nederland wonende AOW-gerechtigde geen gevolgen voor de inkomstenbelasting. Ook blijft de nabetaling buiten beschouwing voor inkomensafhankelijke regelingen en voorzieningen (Toeslagen).